Nieuwsbrief Toerclub Abcoude, 2014, nr. 6
Nieuwsbrief Toerclub Abcoude, juni 2014, nr. 6
Inhoud:
- Van de redactie enneh LET OP: Fietsweekend in Juli 2014
- Axel Koenders Fit-Service en het 20 jarig bestaan
- IJSclub Baambrugge organiseert been unieke fietstocht
- Libelloup Vogezen
- 24 tips voor DE KOERS
- Op mijn benen een bos haar. In mijn hand een scheermesje. En in mijn hoofd vraagtekens. Wat moest ik nou? Scheren? Of juist niet scheren?
1 Van de Redactie
Het heeft even geduurd voordat er weer een nieuwsbrief verscheen. De beheerder was enige tijd ziek en is onderwijl van het Windows besturingssysteem overgestapt naar die van APPLE. En voor hij dat enigszins onder de knie had waren er al weer een paar weken voorbij. Gelukkig heeft de immer toegewijde Dirk-Robert Elema jullie bijtijds via de clubmail geïnformeerd over de TC Abcoude activiteiten.
Blijf vooral op de kalender kijken v.w.b. de TC Activiteiten. Een ervan brengen we even voor het voetlicht, nl deze:
4 t/m 6 juli Fietsweekend in Luxemburg, op slechts 340 km rijden (met de auto!) van Abcoude
Voor meer informatie reageer via de mail of neem contact op met Hans van Kessel en/of Peter Janneman.
2 Facebook
De TC Abcoude heeft sinds 9 juni 2014 een Facebook pagina. Het wordt onderhouden door de beheerder van deze website, Henk Hagen. Alleen leden van de TC Abcoude hebben toegang, pas nadat zij zich hebben aangemeld via de mail van deze website. De Facebook pagina is geheim en nogmaals alleen zichtbaar voor hen die zich hebben aangemeld.
3 Axel Koenders Fit-Service en het 20 jarig bestaan
Ter gelegenheid van 20 jarig jubileum van Axel Koenders Fit Service organiseert Axel een verrassingstoertocht op woensdagavond 25 juni a.s.
Verzamelen om 19:00 uur bij de Eendracht (geldt niet voor de Ouderkerkers), zodat we om 19:15 bij Axel zijn (Polderweg 3).
Uiteraard fietsen we in clubkleding met voorrijders, de afstand is ongeveer 60 kilometer met halverwege een stop.
Meer informatie zie http://www.akfs.nl/
4 IJSclub Baambrugge organiseert been unieke fietstocht
Reserveer vast ruimte want zondagmorgen 22 juni komt er een unieke toertocht over de “Hollandse paden” start 6.00 uur s’morgen met na afloop ontbijt in Cafe De Punt, afstand 60 km.Meer informatie volgt nog of is ook te volgen op www.ijsclubbaambrugge.nl
5 Libelloup Vogezen
Onze geliefkoosde fietsbestemming Libelloup in de Vogezen heeft de 2e prijs van de ZOOVER Award gewonnen
De waarderingen liegen er niet om. Wij wisten allang dat het een unieke stek is, prachtige omgeving, puike accommodatie en de verzorging incl het voortreffelijke ontbijt en diner tref je amper aan in andere fietsaccommodaties. Libelloup is voor fietsers echt de kers op de taart. Dit zijn de cijfers: Waardering algemeen 9,6 – Ligging 9,1 – Prijs / kwaliteit 9,5 – Kindvriendelijk 8,8 – Inrichting 9,4 – Hoeveelheid ruimte 9,6
6 24 tips voor DE KOERS
Als je gaat fietsen denk dan eens na wat je vooral wel en niet moet doen. Hier even wat bruikbare informatie.
1. Een kettingtattoo zetten
Dit is de enige tattoo waarvoor je niet naar de tattooshop hoeft. Je herkent de beginnende wielrenner direct aan een paar zwarte schakels op je kuit die er zitten omdat een racefiets geen standaard heeft en hij dus zomaar tegen je been aan kan leunen.
2. Te laat uit je pedalen klikken
De meest hilarische, beschamende en gevaarlijke beginnersfout die er is. Het ziet er natuurlijk grappig uit als er weer een beginneling in de greppel ligt of voor een stoplicht omkukelt, maar bij zo’n val vanuit stilstand kan je lullige blessures en zelfs botbreuken oplopen. Hoewel je zonder sleutelbeenbreuk niet echt meetelt in het peloton is het niet de bedoeling dat je tijdens het eerste ritje al lid van de club wordt.
3. Wisselende tempo’s rijden
Maak van je nieuwe kilometerteller geen jojo, dit apparaatje moet ook een beetje wennen aan je snelheid. Pak een rustig tempo op waarbij je een lage hartslag hebt en voer het langzaam op tot een tempo dat je wat langer dan twee minuten vol kunt houden.
4. Dure kleding kopen
Uiterlijkheden zijn belangrijk bij het wielrennen, minstens zo belangrijk als je benen. Maar zorg er voor dat het in verhouding tot elkaar staat. Het is sowieso nergens voor nodig om verschrikkelijk dure kleding te kopen (als Rapha wilt dat ik hun kleding test kunnen ze contact opnemen), maar als beginneling met de nieuwste collectie van Rapha aankomen staat een beetje triest. Je looks zijn zo goed als je benen. Je benen bepalen wanneer je een stapje omhoog mag qua looks. Houd dit altijd in het achterhoofd bij de aanschaf van wielerkleding.
5. Geen Camelbak
Hoe verleidelijk het ook klinkt, een fietser is geen kameel. Wij moeten ons water uit een bidon lurken. Zo’n gekke rugtas met waterzak is hooguit voor mountainbikers toegestaan. Voor startende wannabe wielrenners een absolute no-go area.
6. Een tocht van 100 kilometer willen rijden
Begin eens met een ritje van 30 kilometer. Kijken of je dat binnen het uur kan. Waarschijnlijk niet, maar wie niet waagt blijft maagd. Een uurtje fietsen is voor de eerste keer lang genoeg, de tweede keer kun je eens 50 kilometer proberen en daarna kun je je gemiddelde snelheid op rondjes van 50 kilometer opbouwen. Na een paar maanden kun je de kilometers opvoeren en als je er klaar voor bent (je weet zelf het beste wanneer dat is) stap je voor een hele dag op de fiets om 100 kilometer te fietsen.
7. Geen helm dragen
This goes without saying.
8. Een rabobank outfit dragen
Net als een uitsloverig dure outfit is het ook not-done om een niet-passend (en dus wapperend) shirt aan te trekken dat je nog in de kast hebt liggen vanuit de tijd dat Michael Boogerd nog touretappes won. De beginneling wordt hier direct door herkent en niemand wil met je fietsen. Wat je het beste kunt dragen is een zwarte broek en een neutraal zwart shirt. Hiermee hoef je niets te bewijzen.
9. Onverwachtse bewegingen maken
Voor je mede weggebruikers is het wel zo fijn als je gewoon voor je kijkt en niet bij iedere molen, landgoed of koe je hoofd om draait waardoor je midden op de weg fietst. Of erger nog jezelf in de greppel rijdt.
10. Zonder handen fietsen
Safety first. Zonder handen op het stuur is je fiets onbestuurbaar, helemaal als je er voor het eerst op rijdt. Voor het recht leggen van je edele delen kun je dus het best even langs de kant stoppen. Kun je er direct een plasje mee plegen. Als je apparaat tenminste nog werkt. disclaimer: dit gedeelte kan ik alleen voor mannen beschrijven daar ik zelf een man ben.
11. Oordoppen in je oren
Het is niet zo dat Nico Verhoeven informatie over het parcours in je oren schreeuwt, oordoppen in je kop zijn dan ook volledig overbodig!
12. In een groep rijden
Je eerste rondje kun je het beste alleen rijden. Met vrienden een sociaal rondje doen is inderdaad gezelliger, maar beter van niet. De dynamiek van in een groep rijden is enorm en de fenomenen uit de wind zitten en kop-over-kop rijden zijn lastig om in één keer onder de knie te krijgen.
13. Remmen in een afdaling
Een afdaling is de beloning van het klimmen. Mocht je onverhoopt zo’n Nederlandse molshoop tegenkomen op je eerste rit zorg er dan voor dat je tijdens het afdalen maximaal geniet. Laat de wind langs je oren suizen en stuur behendig langs putten en hobbels. Het is ten zeerste af te raden om te bunny hoppen in een afdaling, je kunt er heel erg lelijk mee vallen.
14. Niet remmen in een afdaling
Om helemaal niet remmen is misschien nog wel dommer. Remmen doe je voor de bocht, niet in de bocht. Op langlopen stukken kun je te touwtjes laten vieren en eventueel bij trappen. By the way, als je zelf niet zo’n held bent in een afdaling kijk dan eens You Tube waar veel filmpjes zijn over het ‘genieten van de afdaling’.
15. Met een onderbroek onder je wielerbroek fietsen
Dat Bauke Mollema zijn eerste ritje maakte met zijn boxershort aan betekent écht niet dat jij dat ook mag. Als je uitgelachen wilt worden doe dan dit.
16. Zonder eten en drinken op stap gaan
Wanneer je voor het eerst gaat fietsen zal je versteld staan hoe kapot moe je kunt worden van een uurtje fietsen. Tijdens het opbouwen van het seizoen heb ik inmiddels meer dan eens de beginnersfout gemaakt om te weinig eten en drinken mee te nemen waardoor ik met een hongerklop een buurtsuper binnen moest strompelen op zoek naar een colaatje en een chocoladereep. Sindsdien neem ik altijd een reep meer mee dan ik denk nodig te hebben.
17. Een te grote mond hebben
Als wielrenners ergens een hekel aan hebben is het wel een grote mond. Kom dus niet aan met stoere praatjes over je nieuwe (dure) fiets, je nieuwe (dure) kleding, je (hoge) gemiddelde snelheden, je (lage) hartslag en meer. De meeste wielrenners zijn daar namelijk niet zo snel van onder de indruk. Probeer eerst maar eens het wiel van je voorganger te houden. Naarmate het beter gaat kun je een keer je benen laten spreken, dan komt het opscheppen vanzelf. Als je daar behoefte aan hebt.
18. Naar je verkeerde blad schakelen
‘Hé, shit. Een viaduct. Misschien moet ik deze maar eens op het binnenblad nemen’. Zomaar een gedachte die tijdens een eerste rit naar boven kan komen. Zorg er dan niet voor dat je per ongeluk naar je buitenblad schakelt waardoor je van traagheid omver valt. Probeer op een vlakke weg het schakelen eigen te maken. Na een paar ritjes heb je het zo onder de knie!
19. Zo maar bij een groep aanhaken
In principe fiets je je eerste richtje alleen, maar mocht een groep je inhalen en waarbij je aan kunt haken vraag dan aan een van hen of het ok is dat je een stukje mee rijdt. In geen enkel geval zal dit een probleem zijn, maar het is wel zo netjes om even aan te geven dat je een stukje mee lift. Mocht je in de gelegenheid zijn dan wordt het gewaardeerd als je mee op kop komt en je bijdrage aan de groep levert.
20. Geen goede fietspomp in huis hebben
Een goede fietspomp kost geld. Trek een goed budget uit voor de aanschaf van een goede fietspomp. Eentje van de HEMA zal niet voldoen. Eentje van je lokale fietsenmaker wel. Nu we het daar toch over hebben; altijd zo veel mogelijk bij je lokale fietsenmaker kopen. Moeilijker verkrijgbare onderdelen en kleding kun je het beste online kopen.
21. Een bel op je fiets monteren
Als we iemand willen inhalen roepen we netjes en ruim op tijd ‘Achter!’ zodat de opa of oma die in de baan fietst tijd genoeg heeft om op zij te gaan. In het voorbij gaan bedanken we als ook weer netjes door ‘Danku!’ te roepen. Een bel kost alleen maar gewicht en brengt mensen aan het schrikken, maar is dikwijls beleefder dan het geblèr van veel renners.
22. Niets oliën
Ook al is je fiets net nieuw en zou alles het perfect moeten doen, bedenk altijd maar dat een spuitje WD-40 wonderen doet op alle bewegende onderdelen. Als het goed is heeft je fietsenmaker de ketting goed geolied afgeleverd, als dat niet zo is smeer hem dan in en onderhoud hem goed.
23. Doorfietsen als je niet meer kunt
Zoals gezegd moet je wel op tijd stoppen als je voelt dat je je ene been niet meer voor de andere krijgt. Het mooie van fietsen is dat je altijd een excuus hebt om een koffiestop te maken. Maak daar dan ook gebruik, degene die jou je koffie geeft heeft geen idee of het al je tweede of derde stop is. Gewoon cool het terras oplopen en bestellen. Zo krijg je direct een goede indruk van de verschillende koffietenten in de omgeving!
24. Geen kennis hebben van de wieleretiquette
Zorg er voor dat je pas op de fiets stapt nadat je deze 23 tips heb gelezen en uit je hoofd kent.
7 Op mijn benen een bos haar. In mijn hand een scheermesje. En in mijn hoofd vraagtekens. Wat moest ik nou? Scheren? Of juist niet scheren?
Door Thijs Zonneveld
Elke lente hetzelfde liedje. Zodra de zon schijnt, begint mijn scheermesje te roepen. Ik ben al een eeuw of drie gestopt met wielrennen – maar als de lente komt, dan kriebelen de haren op mijn benen.
Want stel dat ik het in mijn harses haal om te gaan fietsen met een korte broek, dan mag dat onder geen enkele voorwaarde met een oerwoud op mijn kuiten. Ik ben gehersenspoeld. Wielerbenen, die horen kaal te zijn – zeker in de zomer. En ook glad. En het liefst ook nog (zonnebank)bruin.
Voor de noodzaak van gladde benen bestaan een paar officiële redenen. Daarvan maakt de gemiddelde wielrenner dankbaar gebruik om op verjaardagsfeestjes of stapavonden aan niet-kenners (‘Wat? Scheer jij je benen?’) uit te leggen waarom hij in godsnaam zijn benen scheert, epileert, lasert of harst.
Gram
Officiële reden 1: het is fijn voor de masseur. Voor zo’n benenkneder is het toch niet te doen om avond na avond door een stuk tapijt te wroeten? Toch?
Officiële reden 2: het is handig bij valpartijen. Een wielrenner ziet er na een asfaltkus en een bezoekje aan de rondedokter uit als een mummie: ingezwachteld van top tot teen. Die pleisters en bandages moeten er ook een keer af. Dan kun je je maar beter geschoren hebben. Zoniet: au.
Officiële reden 3: gewicht. Al ken ik maar één renner die kaal ging (en niet alleen op zijn benen) om een paar picogrammen te besparen: Michael Rasmussen. Groot gelijk had hij. Wie expres te kleine schoenen aantrekt, de stickers van zijn fiets vijlt en zijn koersbroeken weegt, die kan zich net zo goed gladder dan glad scheren. Elke gram telt.
Schoonheid
En dan nu de enige werkelijke reden: het is gewoon mooi. Waarom? Daarom. Nee, over deze smaak valt niet te twisten. Benen zijn glad. Punt uit. En zo denken alle renners in het peloton erover. Noem het meelopers, noem het meefietsers, noem het een subcultuur – maar het verandert nooit.
Wielrenners hebben een volledig op zichzelf staand gevoel voor schoonheid ontwikkeld. Ze willen ieder spiertje, ieder adertje en ieder peesje op hun benen kunnen zien. En wie een bos haar op zijn benen heeft, die ziet de bomen eronder niet meer.
Pannenkoek
Ongeschoren poten, dat is iets voor recreanten. Voor bierbuiken die één zondag per jaar hun fiets uit de schuur halen voor een rondje van een kilometer of twintig.
Voor kerels met bellen op hun stuur en zadeltasjes ter grootte van een strandbal. Voor onbehouwen ploerten die de pedalen niet aaien, maar ze mishandelen met hun gestamp.
Geschoren benen moet je eigenlijk verdienen. Het is een beloning als je de grens tussen pannenkoek en wielrenner bent overschreden. Als je genoeg hebt getraind. Als je genoeg over wielrennen hebt gedroomd. Als je genoeg met je beenhaar in je kettingbladen verstrikt bent geraakt. Wanneer genoeg genoeg is, mag je overigens volledig zelf bepalen.
O ja. Dat bos haar op mijn eigen benen? Dat is eraf. Benen horen glad te zijn. Punt uit.
Geef een reactie