Nieuwsbrief Juni 2013/5
In deze nieuwsbrief enkele zeer lezenswaardige onderwerpen die je van advies dienen,
- hoe om te gaan met sport in de warmte
- wat wel of niet te doen in geval van onweer.
Inhoud nieuwsbrief
- Fietsbrug bij Nigtevecht
- Sporten bij warmte
- Wat wel/niet doen bij onweer
- Mijn rondje…..trainingsroutes van bekende NL-ers
1 Fietsbrug bij Nigtevecht
De provincies Utrecht en Noord-Holland en de gemeenten Ronde Venen, Stichtse Vecht en Amsterdam willen bij Nigtevecht een fietsbrug aanleggen over het Amsterdam-Rijnkanaal. Het landschap van de Gein en de Gooi en Vechtstreek, met de forten van de Hollandse Waterlinie en de Stelling van Amsterdam, wordt beter toegankelijk voor recreanten. De bestuurders besluiten over de locatie van de brug, -na daartoe diversen te hebben gehoord-, over de verkeersveiligheid, de kosten, etc.
Op 27 juni van 19.30 tot 22.00 uur is er een informatieavond hierover in het dorpshuis van Nigtevecht.
2 Sporten bij warmte
Sporten bij warmte is onverstandig en kan zelfs gevaarlijk zijn. Een goede voorbereiding is het halve werk. Daarom geeft Sportzorg.nl een aantal adviezen en informatie om te zorgen dat je verantwoord kunt blijven sporten. Ga je in de hitte sporten? Lees dan eerst onderstaande tips door.
Drinktips
- Weeg jezelf voor en na wedstrijden om in kaart te brengen hoeveel vocht je verliest. Het verschil in gewicht staat nagenoeg gelijk met het zweetverlies;
- Drink ongeveer 1,5 keer zoveel vocht als dat je zweet verliest (circa 1 liter per uur). Drink altijd grote slokken per keer;
- Frequent kleine slokjes prikkelt de maag minder goed, waardoor de maagontlediging trager is;
- Het lichaamsgewicht mag maximaal 1-2% gedaald zijn na inspanning;
- Algemeen: je urineproductie moet voldoende zijn (minimaal 1,5 liter per dag);
- Bij een inspanning korter dan 45 min. is drinken niet nodig. Vanzelfsprekend dient wel in de uren vóór de inspanning voldoende gedronken te zijn.
Kleding
Om goed overtollige lichaamswarmte kwijt te kunnen, is de juiste kledingkeuze van cruciaal belang. Zorg er daarom voor dat je niet bezuinigt op kleding, maar gebruik maakt van kwalitatief hoogwaardige kleding. De volgende tips komen hierbij van pas:
- Kleed je niet te warm en kies kleding die de verdamping van zweet zo weinig mogelijk beperkt. Gebruik dus ‘ademende’ kleding;
- Witte kleding heeft de beste weerkaatsing van warmte uit de omgeving, in tegenstelling tot zwarte kleding. Witte kleding heeft dus de voorkeur;
- Bescherm je hoofd en nek wanneer blootstelling aan direct zonlicht onvermijdelijk is (helm, hoofddoek). Voor fietsers: de helm heeft gaten voor een optimale luchtstroom binnen de helm;
- Extra kleding dragen tijdens de training in voorbereiding op wedstrijden in hitte kan je helpen bij de preacclimatisatie.
Warming-up bij hitte
Bij warme omstandigheden is het niet verstandig de kerntemperatuur te veel te laten stijgen door de warming-up. Immers, hoe hoger de temperatuur in de warming-up, hoe eerder deze de kritische temperatuur tijdens de wedstrijd bereikt. Hierdoor zal het prestatievermogen gaan afnemen. Aanpassen van de warming-up lijkt dus zinvol, zoals uitvoeren in de schaduw en verminderen van duur en intensiteit.
Bron: www.sportzorg.nl
3 Onweer
Geen enkel sportveld is veilig tijdens een onweer. Verlaat het terrein onmiddellijk en wacht tot de bui voorbij is. Bent u te paard, op de fiets of de motor, dan moet u afstappen. Ruiters doen er goed aan zoveel mogelijk afstand van hun paard te houden.
Met de ’tien secondenregel‘ kunt u inschatten wanneer u het best gaat schuilen: indien er minder dan 10 seconden liggen tussen de bliksemflits en de donder, dan is het onweer gevaarlijk dichtbij. Is de tijd tussen flits en donder korter dan drie seconden dan zit u midden in de onweersbui
Waar schuilen?
- Het best is een gebouw (bv. de kantine, kleedkamers…), weg van de ramen. Sluit ramen en deuren en blijf weg van de ramen. Blijf ook uit de buurt van stromend water en ga zeker niet douchen.
- Een carport, een afdak, een open schuilplaats en dergelijke bieden geen enkele bescherming. Op golfterreinen zijn er soms speciale schuilhutjes met uitwendige bliksemafleiders. Schuilhutten zonder bliksemafleider zijn niet veilig.
- Ook een volledig metalen auto is een goede schuilplaats. Die vormt door zijn constructie een ‘Kooi van Faraday’. Sluit ramen, schuifdak en deuren. Een cabrio of een auto uit kunststof is niet veilig. Ook een golfkarretje biedt geen enkele bescherming.
Verlaat uw schuilplaats niet eerder dan het moment waarop tussen bliksemfl its en donder meer dan tien seconden zit.
Wanneer er geen schuilplaats in de buurt is:
- Blijf uit de buurt van hoge bomen, lantaarnpalen, torens, hoogspanningsleidingen, open water, speeltuigen, enz. Blijf minstens op 3 m afstand van hekwerken of afrasteringen. Ga niet op het hoogste punt van de omgeving staan.
- Loop zeker niet rond met golfsticks, jachtgeweer… Blijf uit de buurt van golfkarretjes. Tijdens nabij onweer met de fiets aan de hand lopen is vragen om moeilijkheden.
- Maak in geen geval gebruik van een paraplu.
- In groep loopt u een groter risico op blikseminslag. Blijf dus niet bij elkaar maar zoek beschutting of blijf minstens 3 m van elkaar.
- Ga gehurkt op uw tenen zitten, sla de armen om de knieën, het hoofd zo laag mogelijk, de handen over de oren en de voeten tegen elkaar. Ga nooit plat op de grond liggen. Hurk zo mogelijk in een greppel.
Bron: www.sportzorg.nl
4 Mijn rondje….traningsroutes van bekende NL-ers
Hier bij Racefietsblog lezen we de laatste tijd nogal veel. Deze keer het boek: Mijn Rondje van Pieter Cramer en Lean Hodselmans.
Het boek heeft als ondertitel: Trainingsroutes van profrenners en bekende wielerfanaten. Hmm… dat klinkt al interessant. Het boek heeft een beetje een retro uitstraling, en het is niet echt een leesboek, maar zoals de titel al doet vermoeden een overzicht van verschillende trainingsrondjes van bekenden die iets met wielrennen te maken hebben. Namen als Boom, ten Dam, Ducrot, Knaven, Krabbé, Poels, Terpstra, van Vleuten, Wagendorp, Wennemars, Winnen, Zoetemelk en Zonneveld. Om er maar een paar te noemen. Zij geven allemaal hun favoriete trainingsrondje.
Lekker bladeren
Het is echt een boek om lekker door te bladeren. Het leest als een tijdschrift. Als je tijdens het bladeren iets tegenkomt wat je aanspreekt, blijf je er hangen en leest het betreffende verhaal. Zoals gezegd gaat het om de trainingsrondjes maar in elk hoofdstuk geeft de betreffende persoon ook een interview. Lekker luchtig en vol leuke weetjes. Ook over waarom ze nou precies dat rondje fietsten en wat ze tegenkomen. Er is ook een beschrijving van de route zodat je je een beetje kan inleven en kan kijken of het rondje misschien iets voor je is om het ook te gaan fietsen. Stalkers kunnen natuurlijk het beste ergens op de route gaan zitten en hopen dat hun held voorbij komt zoeven.
De rondjes zijn ook uitgetekend en er is een QR-code die linkt naar de website van Mijn Rondje, waar het rondje in Google-Maps wordt weergegeven (met een beetje knutselen kan je die dan weer in je Garmin of andere Gps zetten).
Is het boek wel nodig?
Maar als alle routes ook op het internet te vinden zijn, heeft het boek dan nog wel toegevoegde waarde? Jazeker, want het is gewoon leuk om te lezen dat Erik Dijkstra “maar” 45 km rijdt en dat al zwaar vindt; dat Van Vleuten max 750 watt (netjes!!!) trapt; dat Krabbé bijna hetzelfde rondje als ik fiets en ik hem nog nooit ben tegengekomen, etc etc.
Echt een leuk boek om als kado te geven of te krijgen…
Ik mis nog wel een aantal namen die ik dan graag terugzie in een hopelijk toekomstig deel 2 van Mijn Rondje!
Prijs: € 24,90
Pagina’s: 280
Uitgeverij: Nijgh & Van Ditmar
Geef een reactie